Betekent letterlijk ‘het zwaard dat leven geeft’, of ‘het zwaard dat animeert’. Het verwijst echter niet zozeer naar het fysieke zwaard als wel naar het zwaardvechterschap. Het begrip staat tegenover setsunin-tõ: ‘het zwaard [of het zwaardvechterschap] dat doodt [de dood uitdeelt].
Rond 1600 krijgen deze begrippen in de sterk door het Zen Boeddhisme beïnvloede Yagyu Shinkage Ryu een spirituele en filosofische bijbetekenis. Katsujin-ken is dan ook het zwaard dat de zwaardvechter zelf animeert. Setsunin-tõ, het dodende zwaard, is niet alleen uit een oogpunt van strategie (zie onder) maar ook vanuit boeddhistisch oogpunt, met haar nadruk op vreedzaamheid, van lagere orde dan het zwaard dat in leven houdt, of het leven geeft aan de tegenstander.
Tegelijkertijd behouden de termen hun betekenis op het niveau van de fysieke confrontatie zoals die in oudere scholen bestaat. Yagyu Muneyoshi zegt: het zwaard dat gepositioneerd is voor de aanval heet in onze school setsunin-tõ; het zwaard dat dat niet is heet katsujin-ken. (Hiroaki Sato, The Sword & The Mind, Woodstock, N.Y.: Overlook Press, 1986: p. 81 details…). En in zijn studie van de Kashima Shin-ryu geeft Karl Friday het volgende commentaar:
“In classical bugei [traditional Japanese military arts] parlance, however, the connotations are more concrete: The “sword” in both cases refers not to the weapon itself but to its usage; and it is not the opponent himself who is killed or given life, but his responses and fighting spirit. When a combatant uses force of will to overpower, immobilize, and strike down an opponent before he can react, this is called “setsunin-tõ” (i.e. “sword[smanship] that transfixes”, or ‘swordsmanship that kills response”). “Katsujin-ken” (“Sword[smanship] that animates”), on the other hand, involves drawing out the opponent, inducing him to strike, and then going inside his technique, countering it either at the moment of origination or at the point of its most complete extension. Setsunin-tõ is an egoistic and risky approach to combat – the slightest miscalculation will result in the swordsman walking straight into the opponent’s counterattack. Katsujin-ken, by contrast, involves a sophisticated manipulation of the opponent and his actions by means of utter selflessness, properly conducted, it is virtually undefeatable.”
(Karl F. Friday, Legacies of the Sword: The Kashima-Shinryu and Samurai Martial Culture, Honolulu: University of Hawai’i Press, 1997: p. 31. details…)
Het is bij de studie van de traditionele Japanse zwaardvechtkunde belangrijk om te beseffen dat verschillende interpretaties van termen en technieken op verschillende niveaus kunnen slaan (lichamelijk, geestelijk, spiritueel; of zelf-ontwikkeling, persoonlijke interactie, transcendentie) en elkaar niet uitsluiten, maar aanvullen.
Stephen Snelders